.st0{fill:#FFFFFF;}

Het bestaat 

 8 april 2021

  • minuten leestijd 

Druppels blijven aan haar neus hangen. Slierten haar plakken tegen haar wangen. Nog zes kilometer tegen wind. Erna zingt I will survive. Soms haalt ze lekker uit. Een gebogen hondenuitlater kijkt verbaast naar de vrolijke fietser in de gure avond. Ze zwaait vrolijk naar hem. ‘Heerlijk weertje, vindt u niet?’ Het is precies 18 jaar geleden dat zij zich zo blij voelde. ‘Maar mam, ik moet echt een nieuwe laptop’, had haar dochter net nog vertwijfeld geroepen. De auto moest ook nog gerepareerd en haar spaarpotje was schoon op. ‘Komt goed’, riep Erna terug. Haar nieuwe mantra. Komt goed. Alles komt goed.

Op eieren lopen

Ze heeft geen cent te makken, wordt bedolven onder de administratieve ellende en over een week begint de rechtszaak. Dagelijks bombardeert hij haar met gescheld, bedreigingen en leugens. Maar Erna voelt het leven in zich bruisen. Brian blijkt een slechte verliezer. Geen verrassing. Hij zal niet rusten voor zij kapot is. Maar, dat is het gekke, ze kan niet kapot. Niet meer. Na achttien jaar op eieren lopen, is ze vrij als de vogels in de lucht. Ontsnapt.. ‘Hoe kan je?’, was het enige dat haar moeder zei toen ze vertelde over de scheiding. Ook geen verrassing. Maar Erna heeft netjes gewacht tot er een legitieme aanleiding was.

Jarenlang hield ze stug vol. Zijn egocentrisme, zijn getreiter, zijn verongelijktheid; voor de kinderen verdroeg ze alles. Dat hoeft niet meer. Toen ze hem eindelijk op heterdaad betrapte, ging er een golf van blijdschap door haar heen. Ze schopte hem eruit. De kinderen gingen opmerkelijk makkelijk overstag. Een paar tranen, een paar vragen. Maar ze waren blij dat het thuis gezelliger werd. Erna heeft hen verder niks verteld. Waarom zou ze.

Het bestaat

Nu fietst ze naar Sander. Ze heeft een vriendje. Hij vindt haar lief. En mooi. En soms noemt hij haar duifje. En dat is waar ze altijd naar heeft verlangd. Ze gaan kaasfonduen en volgende week ontmoet hij de kinderen. Als ze zorgen heeft dan luistert hij en denkt mee. Ze wist niet dat het bestond. Maar het bestaat.

>