BLOG

Ab Vriethoff

Ab Vriethoff

Auteur


Ab Vriethoff (1949) schreef columns over maatschappelijke participatie van mensen met een beperking. Zelf gaat hij al nagenoeg een leven lang om met
een chronische oogziekte. Hierover schreef hij uiteindelijk het boek ‘Kijk, wazig zicht, nooit meer scherp’, om zijn ervaringen te delen. Vooral met kinderen en volwassenen met een blijvend slecht zicht en voor een ieder om deze slechtzienden heen: naasten, familie, vrienden, leraren, collega’s en buren. Maar ook voor hen die zich afvragen hoe het is om altijd rond te lopen in een waas. Leg maar eens uit wat slechtziendheid betekent, dat is net zo lastig als de oogziekte zelf. Het boek is geen kommer- en kwelverhaal, maar wel realiteit. Een ‘way of life’,  geregisseerd en geïnspireerd door een wazige blik, vol vegen en vlekken, in een uitdagende wereld.

De technologie kent geen grenzen. In de trein valt het ons op dat werkelijk iedereen om ons heen op een scherm zit te turen. Geen mens die een woord zegt. Het enige wat je hoort, zijn klikjes en bliepjes: ‘bliep’, soms twee achter elkaar ‘bliep, bliep’. We bestuderen de gezichten die continu en aandachtig naar de fel verlichte schermpjes turen. Ik krijg, zoals altijd, een ooggetuigenverslag van mijn vrouw. “De een glimlacht af en toe, de ander kijkt heel bedenkelijk en fronst de wenkbrauwen, sommigen tikken met de duimen onder op het scherm onnavolgbaar iets in. En ze hebben nagenoeg allemaal oortjes in of een futuristische koptelefoon op, dat zie jij zelfs. Ze gaan volledig op in hetgeen ze zien en horen. De gezichten verraden soms iets over de berichten”, fluistert mijn vrouw mij in. “Wat zou er allemaal over die schermpjes rollen en hoe zou het zijn om ons heen zonder die smartphones?” antwoordde ik, waarschijnlijk met iets te harde toon, want enkele medepassagiers keken verschrikt op: Was daar iemand aan het praten?

Kunstmatig zien

Het is al met al een stuk ongezelliger geworden op het spoor. Het lijkt wel of iedere coupé een stiltecoupé is geworden, door de mobiels en het coronatijdperk waardoor er alleen nog maar gereisd mag worden als het noodzakelijk is. Maar goed, wij slechtzienden mogen niet klagen. Door dezelfde technologie kan alles tegenwoordig praten. De pratende tablet, de praatpaal op de bushalte, pratende informatieschermen, pratende wasmachines en ovens, pratende boeken en tijdschriften, pratende tv’s en Webboxen die de ondertiteling voorlezen en niet te vergeten de pratende camera. Een cameraatje gemonteerd op de poot van de bril van de slechtziende die op commando personen herkent en teksten voorleest. Kunstmatig zien heet dat. Ik hoor in mijn oor wat de camera ziet! Prachtig, wat een noviteit en innovatie.

Passend lezen

Desalniettemin blijft het vreemd dat het apparaat dat juist bedoeld is om door en met elkaar te praten, de telefoon, veelal het zwijgen is opgelegd. Hoe zou Alexander Graham Bell aankijken tegen al die gebruikers van een mobiel die geen woord uitbrengen, vraag ik mij af. Mensen spreken sowieso veel minder met elkaar. Laatst vroeg ik aan mijn lieve bovenbuurvrouw of ik nog boodschappen voor haar mee moest nemen. “Ik stuur je wel een appje”, antwoordde ze. De nieuwe tijd ten voeten uit.
Ondertussen raast de trein verder en luisteren mijn vrouw en ik samen naar het boek Parijs is een feest van Ernest Hemingway. Het boek wordt plezierig voorgelezen via mijn smartphone en de app van de bibliotheekservice voor blinden en slechtzienden Passend Lezen. Mijn vrouw het oordopje van de airpods in haar rechteroor en ikzelf het andere oordopje in mijn linkeroor. De mobiel tussen ons in. Niet alleen Parijs is een feest!

Kijk

Een rijk en inspirerend boek, niet alleen over de moeilijkheden, maar ook over de vele mogelijkheden die slechtzienden en blinden, ondanks hun handicap, aangrijpen om hun leven zinvol vorm te geven.

>